Interview in OndernemersTop met Koos Seerden, projectleider Economie en Ruimte bij Rho Adviseurs
Gebiedsontwikkelaars en ruimtelijke ordenaars zitten graag hoog, dan heb je overzicht. Dat geldt ook voor Koos Seerden. In dit geval op de 36ste verdieping van het Delftse Poortgebouw naast station Rotterdam Centraal. Koos Seerden is senior projectleider bij Rho Adviseurs, het grootste adviesbureau voor ruimtelijke ordening in Nederland. Hij trok voor het pact het onderwerp Ruimte & Vergunningen. Koos Seerden vertelt dat bestuurders de nadruk in ruimtelijke ontwikkeling vooral bij de woningbouwopgave leggen. ‘Hoofdconclusie van de sessies tijdens de OndernemersTop in Eindhoven was dan ook hoe we ruimte voor bedrijvigheid een zelfde gewicht kunnen geven. Hoe we dit ‘net zo sexy’ maken.’
Koos Seerden was tien jaar algemeen directeur van Rho Adviseurs en gaf het stokje over aan een jongere generatie. De Rho in Rho Adviseurs staat voor de Griekse letter R. ‘Die letter is ook een maat voor samenhang en weerstand. Bovendien is in Griekenland, het oude Athene, de democratie uitgevonden. Dat bij elkaar is precies waar gebiedsontwikkeling en ook nationale ruimtelijke keuzes om draaien. Je moet met alle betrokken partijen op zoek naar samenhang in belangen en samen een visie ontwikkelen op de gewenste ruimtelijke ontwikkeling. Daar zit uiteraard ook weerstand in. Of om met Johan Remkes te spreken: “Niet alles kan overal”. In alle stappen die je neemt heb je ook steeds democratische legitimatie nodig. Een gemeenteraad, provinciale staten en Eerste en Tweede Kamer moeten ruimtelijke plannen vaststellen.’
Koos Seerden is zowel van duidelijke stippen op de horizon, als de praktische uitvoerbaarheid. ‘De eerst kabinetten Rutte vonden dat Nederland wel af was en trokken zich terug uit de ruimtelijke ordening. Met als gevolg dat de aanwezige kennis bij ministeries bijna nul werd. Vervolgens is daar de afgelopen jaren weer een inhaalslag nodig geweest waarbij ik merk dat de nadruk erg op woningbouw ligt en ministeries veel praktijkervaring missen.’ Volgens Koos Seerden is het belangrijk dat dit kabinet in de nieuwe nota Ruimte enkele belangrijke doelen voor ruimtelijke economische ontwikkeling markeert: ‘In Nederland is nu 2,6% van de ruimte in gebruik door bedrijven. Met alle economische opgaven en het in stand houden van het verdienvermogen moet dat echt naar minstens 3%. Succesvolle bedrijven breiden anders simpelweg uit in het buitenland omdat er geen geschikte locatie is te krijgen.’
Ook over het hoe is Koos Seerden stellig: ‘We zijn in Nederland verleerd om wonen en bedrijvigheid te mengen, vooral in een stedelijke omgeving is dit cruciaal voor wijken die je wilt laten leven en bruisen. Een pure kantoorwijk is ’s avonds leeg en doods en in een pure woonwijk ontstaat moeilijk sociale samenhang als er geen andere functies zijn waar mensen elkaar ontmoeten.’ Koos Seerden is ook duidelijk over bedrijvigheid die je niet met wonen kunt combineren. ‘We moeten echt naar beschermingsmaatregelen voor bedrijventerreinen. Anders worden er teveel weggedrukt door oprukkende woningbouw. Daarbij is het ook erg verstandig om voldoende locaties te behouden en ontwikkelen voor bedrijven in de hogere milieucategorieën die vaak afhankelijk zijn van vervoer over water, spoor en weg.’ Koos Seerden geeft aan dat dit wellicht wat hoog over klinkt: ‘Maar iedereen snapt dat als je een nieuwe woonwijk wilt bouwen je een betoncentrale nodig hebt binnen 60 autominuten. Anders is het beton hard als de chauffeur op de bouwlocatie aankomt. Die betoncentrale moet weer op een geschikt bedrijventerrein staan met voldoende milieuruimte.’
Voor het Pact Ondernemingsklimaat heeft Koos Seerden met zijn ploeg ook gekeken naar de vergunningverlening. Zelf heeft hij vanuit Rho Adviseurs veel praktijkervaring, afgelopen jaren vooral met de invoering van de Omgevingswet. ‘Het is een hele tour geweest om de Omgevingswet zo uitvoerbaar mogelijk te krijgen. Vanuit Rho Adviseurs zijn we naar alle andere advies- en ingenieursbureaus gestapt om samen, als Kennislab Omgevingswet, ondersteuning te bieden aan Rijksoverheid en VNG. Alles onder het motto ‘we vinden het samen uit en daarna zijn we weer concurrenten’. VNG en ministeries weten eigenlijk nauwelijks hoe het in de praktijk werkt. Wij hebben vooral toenmalig minister Hugo de Jonge geholpen bij de invoering van de Omgevingswet. Bijvoorbeeld door de vergunningsprocedures uit de Omgevingswet te testen, onder andere bij garagebedrijven. Toen dat redelijk bleek te werken is steun uitgesproken voor invoering en hebben we tegen elkaar gezegd dat we de kinderziektes na invoering van de Omgevingswet samen op zouden lossen. Dat is toen gedaan met tijdelijke maatregelen om de pijn te verzachten.’
Voor het Pact Ondernemingsklimaat doet Koos Seerden met zijn ploeg concrete voorstellen om de kennis en kunde in de uitvoering van de Omgevingswet verder te uniformeren en te versterken. ‘Als Kennislab hebben we ervaring met trainingen en handreikingen voor uitvoerders van gemeenten en projectontwikkelaars. Door praktijkervaringen te delen, de RO-aanpak van gebiedsontwikkelingen en het toekomstbestendig maken van bedrijventerreinen te uniformeren, kunnen we de uitvoering versimpelen en versnellen. Nu zien we bijvoorbeeld al dat verouderde regels voor toegestane bouwhoogtes en normen voor restruimtes en groen kwalitatief optimale renovatie of ontwikkeling van bedrijventerreinen in de weg zitten, maar dat gemeenten het ingewikkeld vinden dit aan te passen.’
Koos Seerden kijkt met gemengde en vooral positieve gevoelens terug op de afgelopen maanden. ‘Tussen de OndernemersTop in Eindhoven en nu heb ik met ondernemers en VNO-NCW, MKB-Nederland en ministeries gekeken naar wat nodig en uitvoerbaar is. Dat was in een hogedrukpan. Vooral de ondernemers in mijn ploeg leverden hele concrete wensen, oplossingen en ideeën. Voor hen is het wellicht wat wennen dat dit in het Pact Ondernemingsklimaat vooral procesafspraken zullen worden. Zelf ben ik overwegend positief over het proces en het resultaat. Wel uitdrukkelijk met de markering dat dit voor mij geldt als de aftrap voor een blijvende structurele samenwerking tussen bedrijfsleven en overheden. Er is grote behoefte aan bestendig en voorspelbaar economische ruimtelijk beleid, minstens voor de komende tien jaar. Dirk Beljaarts (voormalig minister Economische Zaken, red.) ziet goed dat deze structurele dialoog tussen bedrijfsleven en Rijksoverheid daarvoor cruciaal is. Laten we elkaar dus heel scherp houden dat we dit met een Pact Ondernemingsklimaat als eerste stap ook echt doorzetten.’
Lees verder op de website van OndernemersTop. Hier vind je ook de interviews van de andere ploegleiders.